Uw spaargeld smelt weg en uw bank loopt binnen
Deze week klotste het geld niet tegen maar over de plinten bij twee Nederlandse grootbanken die hun kwartaalcijfers presenteerden: ABN AMRO en ING. Hun winsten verveelvoudigden vergeleken met de resultaten van een jaar geleden. En ze hoefde er niets voor te doen, alleen maar op handen te zitten, zo goed als. Het geheim: de rentemarge. Terwijl u in uw handjes moet klappen met maar liefst 0,75 procent rente op uw spaartegoed – dat is op dit moment bij dezelfde banken de top – betaalt u vanaf 4,5 procent rente als u bij diezelfde bank een hypothecaire lening afsluit. Die 0,75 procent maakt dat uw spaargeld wegsmelt tegen een inflatie die vele malen hoger is. Uw zelfde spaargeld kan zomaar bij u terugkeren in die hypotheek en dan verliest u onderweg zo’n vier procent. Het is de 2023-variant op balletje-balletje.
Maar als u toch vrolijk verder gaat met sparen – en dat doen we met z’n allen – en de banken kunnen hun – of eigenlijk: uw – geld niet op de hypotheekmarkt kwijt, dan is er nog geen persoon overboord. Banken kunnen inmiddels hun overtollige middelen bij de ECB stallen, tegen 3,75 procent vergoeding.
Ik heb niet eens een bierviltje nodig om zomaar twee oplossingen te bedenken:
- als ik én spaargeld bij een bank heb én een hypothecaire lening: saldeer de rentes dan maar, pro rata parte;
- als een bank overtollige middelen bij de ECB stalt en daarmee grof verdient aan ons spaargeld: keer de op die manier gemaakte winsten pro rata parte dan maar eens uit aan de spaarders in plaats van aan de aandeelhouders.
Simpel toch?